11.

10.

9. Aanvullend pensioen voor werknemers na overname

Question:

SureHome BV is al jarenlang de nummer één in het beveiligen van woningen met haar uitgebreid alarmsysteem. Om haar marktaandeel verder te vergroten besluit SureHome BV om een deel van de activa van haar concurrent SAFELIFE over te nemen, waaronder een aantal installateurs in loondienst, Het betreft een overdracht van activa die niet geregeld wordt door het Wetboek Vennootschappen. Het staat in dit geval ook vast dat de CAO 32bis van toepassing is op de overgenomen installateurs.

Bij SAFELIFE genoten de installateurs een groepsverzekering met een maandelijkse bijdrage van 300 euro. Na haar overdracht worden de installateurs aangesloten bij de groepsverzekering van toepassing op alle werknemers van SureHome met een maandelijkse bijdrage van 80 euro.

Aangezien de maandelijkse bijdrage in de groepsverzekering bij SureHome lager is dan de voormalige bijdrage bij SAFELIFE eisen de installateurs dat SureHome de groepsverzekering van SAFELIFE verderzet.

Moet SureHome de groepsverzekering van SAFELIFE voor de installateurs verderzetten?

Answer:



Neen. Artikel 4 van CAO 32bis bepaalt uitdrukkelijk dat aanvullende pensioentoezeggingen uitgesloten zijn van het toepassingsgebied van CAO 32bis. Er is dus geen automatische overgang van de aanvullende pensioentoezeggingen naar de overnemer. De installateurs hebben wel recht op een voordeel dat gelijkwaardig is aan de werkgeversbijdragen die betaald werden in de aanvullende pensioentoezegging bij de overdrager waarbij zij waren aangesloten.

Ref.: Artikel 4 van Collectieve arbeidsovereenkomst 32bis van 7 juni 1985 betreffende het behoud van de rechten van de werknemers bij wijziging van werkgever ingevolge de overgang van ondernemingen krachtens overeenkomst en tot regeling van de rechten van de werknemers die overgenomen worden bij overname van activa na faillissement.

8. Roerende voorheffing bij overdracht tak 23 naar tak 21

Question:

Guido belegt op 01/01/2020 in tak 21 (20%) en tak 23 (80%). Op 01/02/2025 draagt hij zijn reserve uit tak 23 volledig over naar tak 21. Op 01/02/2030 neemt hij zijn polis volledig op om een bijdrage te doen aan de studie van zijn dochter. Zal er roerende voorheffing worden ingehouden?

Answer: 

Neen. Als je in de eerste 8 jaar je tak 21-verzekering afkoopt, betaal je roerende voorheffing. Koop je hem na 8 jaar af? Dan betaal je geen roerende voorheffing. Guido investeerde op 01/01/2020 al 20% in tak 21, dat was de datum van activatie. Op 01/02/2030 is dat meer dan 8 jaar geleden en daarom betaalt Guido geen roerende voorheffing.

Ref.: Art. 19 § 4 WIB en art 21, eerste lid, 9° b) WIB.

7. IPT afkopen met gunstige taxatie

Question:

Mark is geboren op 5 januari 1960 en werkt als schrijnwerker. Zijn vennootschap Schrijnwerken Eden sloot voor Mark een individuele pensioentoezegging (IPT) af, waarvan de polis loopt tot 1/2/2026. Op dat moment is Mark 66 jaar. Als Mark actief blijft tot zijn 65ste heeft hij geen volledige loopbaan afgelegd.

Kan Mark op zijn 65ste (1/2/2025), het kapitaal van zijn IPT afkopen met de gunstige taxatie van 10%?

Answer:

Neen. Om de gunstige taxatie te genieten, moet hij te wachten tot de einddatum van de polis.

De wettelijke pensioenleeftijd wordt vanaf 1 februari 2025 verhoogd naar 66 jaar, vanaf 1 februari 2030 naar 67 jaar. De wettelijke pensioenleeftijd voor Mark is 66 jaar!

Voor de taxatie van 10% verwijzen we naar artikel 171 WIB punt 2:

Indien:

• het kapitalen betreffen die door werkgeversbijdragen of bijdragen van de onderneming zijn gevormd en bij leven ten vroegste bij het bereiken van de wettelijke pensioenleeftijd worden uitgekeerd aan de begunstigde die minstens tot aan die leeftijd effectief actief is gebleven of worden uitgekeerd bij overlijden na het bereiken van de wettelijke pensioenleeftijd en de overledene tot die leeftijd effectief actief is gebleven.
• het kapitalen betreffen die door werkgeversbijdragen of bijdragen van de onderneming zijn gevormd en bij leven ten vroegste bij het bereiken van de leeftijd, waarop wordt voldaan aan de voorwaarden voor een volledige loopbaan volgens de geldende pensioenwetgeving, worden uitgekeerd aan de begunstigde die minstens tot aan die leeftijd effectief actief is gebleven of worden uitgekeerd bij overlijden na het bereiken van de leeftijd, waarop wordt voldaan aan de voorwaarden voor een volledige loopbaan, en de overledene tot die leeftijd effectief actief is gebleven.

De wetgever spreekt over het bereiken van de wettelijke pensioenleeftijd. De polis loopt af in 2026, dan is verzekerde 66 jaar. Op dat moment is de wettelijke pensioneringsdatum inderdaad niet meer 65, maar 66 jaar.

Om de gunstige taxatie van 10% te krijgen, moet hij te wachten tot zijn 66ste (de op dat moment wettelijke pensioenleeftijd) en tot dat moment effectief actief blijven.

Een andere mogelijkheid om 10% taxatie te genieten, is beschikken over een volledige loopbaan en tot dan effectief actief blijven.

Ref.: Artikel 171, 2° c) WIB 92.

6: Aangifte voor individuele pensioentoezegging voor werknemers           

Question:

Het gaat goed met de NV Sterckx. De onderneming realiseerde afgelopen jaar veel winsten en maakte zo de nodige financiële middelen vrij om aan haar belangrijkste teamleider een individuele pensioenbelofte te doen. Deze pensioenbelofte onderschreef ze op 25 maart 2022 bij de verzekeraar die ook de pensioentoezegging beheert voor alle werknemers.

In april 2023 realiseert NV Sterckx zich dat zij vergat de aangifte te doen van de individuele pensioenbelofte aan de FSMA. In het verleden deed zij telkens vóór 31 maart van het jaar volgend op de onderschrijving de aangifte via het WAP4-formulier. Is NV Sterckx in overtreding met betrekking tot de aangifteplicht?

Answer:        

Neen. Door de nieuwe Transparantiewet van 26 december 2022 is op 1 januari 2023 de meldingsplicht voor individuele pensioentoezeggingen weggevallen voor de inrichters van pensioenplannen.

Ref.: Artikel 4 van de Wet 26 december 2022 tot wijziging van verscheidene bepalingen ter versterking van de transparantie in het kader van de tweede pensioenpijler (BS 02 februari 2023)

5. IPT verlengen tot na de pensioenleeftijd

Question:

Notaris De Bie wordt volgend jaar 65 jaar. Hij denkt echter nog niet aan stoppen met werken. Samen met zijn 5 juridische medewerkers hoopt hij tot zijn 70ste verder te werken in zijn notariskantoor. Notaris De Bie heeft een individuele pensioentoezegging die zijn vennootschap in het voordeel van de notaris afsloot en die op einddatum komt wanneer hij 65 jaar wordt. Kan de toezegging verlengd worden tot zijn 70ste verjaardag?

Answer:

Ja. Zolang de verzekerde van het contract zijn wettelijk pensioen nog niet opgenomen heeft, kan het contract in voege blijven. Zelfs wanneer de aangeslotene de wettelijke pensioenleeftijd van (momenteel) 65 jaar heeft bereikt. Op dat moment heeft hij de keuze tussen zijn kapitaal opnemen of de polis laten doorlopen tot het moment dat hij zijn wettelijk pensioen opneemt.

Ref.: Artikel 40 Wet houdende diverse bepalingen van 15 mei 2014.

4. Overdracht tak 23 naar tak 21

Question:

Elias heeft een pensioenspaarplan in tak 44 (een combinatie van tak 21 en 23). Zijn premie wordt volledig gestort in tak 23. Hij is 55 jaar en met zijn pensioen dat dichterbij komt, wil hij zijn reserves gedeeltelijk overdragen naar tak 21. Kan dat zonder fiscale penalisatie?

Answer:

Neen. Bij pensioensparen wordt een gedeeltelijke reserve-overdracht van tak 23 naar tak 21 door de fiscus beschouwd als een afkoop. Er zal daarom een fiscale afhouding zijn. Een volledige overdracht van tak 23 naar tak 21 is wel mogelijk. 

Ref.: Art. 34 §2 3°, eerste punt WIB.

3. Begunstigde bij overlijden in een niet-fiscaal contract

Question:

Peter sloot 10 jaar geleden een niet-fiscaal contract in tak 23 af. Als begunstigde bij overlijden staan momenteel zijn ouders vermeld. Allebei zijn ouders zijn overleden, daarom wil hij de begunstiging bij overlijden van zijn contract wijzigen. Peter heeft geen kinderen en liet vorig jaar een testament opmaken.

Peter contacteert zijn makelaar voor advies, hij wil graag dat er in de begunstigingsclausule verwezen wordt naar zijn testament. Zijn makelaar raadt hem aan als begunstigde bij overlijden ‘de nalatenschap’ te vermelden. Is dit advies correct?

Answer:



Ja. Wanneer de begunstigde ‘de nalatenschap’ is, wordt er nagegaan of er een testament is. Als er een testament is, worden de modaliteiten ervan gevolgd.

2. Aanvullend pensioen voor werknemers

Question:

Een onderneming wil voor haar werknemers een pensioentoezegging onderschrijven van het type cash balance. Het toegekende (pensioen)bedrag is 5% van het basisjaarsalaris en wordt jaarlijks gekapitaliseerd aan een vast rendement van 4% voor de werknemers die in dienst zijn van de onderneming. Verlaat de werknemer de onderneming, dan worden de reeds toegekende bedragen gekapitaliseerd aan een vast rendement van 0%.

Kan de onderneming dit onderscheid maken tussen de werknemers die in dienst zijn en de werknemers die niet meer in dienst zijn?

Answer:

Neen. Een pensioentoezegging van het type cash balance is een toezegging van het type vaste prestaties. De inrichter verbindt zich daarbij tot het vestigen van een prestatie, die wordt bepaald op grond van de kapitalisatie van de aan de aangeslotenen toegekende bedragen tegen het door het reglement vastgestelde rendement (artikel 4-10 van het KB WAP). Een wijziging van het toepasselijke rendement bij uittreding impliceert een beperking van de verworven pensioenprestatie voor de aangeslotenen die het bedrijf verlaten. De uittreding mag geen aanleiding geven tot een wijziging van de pensioentoezegging. In deze casus wordt het vast rendement bij het verlaten van de onderneming (uittreding) herleid tot 0%.

1. Eindbelasting op een VAPZ

Jan is zelfstandige, 15 jaar geleden sloot hij een contract af voor een vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen (VAPZ) bij een verzekeringsmaatschappij. Hij heeft de premie van het contract nooit fiscaal in mindering gebracht in zijn personenbelasting.

Binnenkort gaat Jan met pensioen. Hij vraagt bij de fiscus een attest aan waarop staat dat hij de premies nooit fiscaal in mindering heeft gebracht. De verzekeringsmaatschappij zal na ontvangst van het attest geen eindbelasting toepassen op zijn contract. Klopt de redenering van Jan?

Answer:

Neen. Op tweede pijlercontracten (VAPZ, IPT, groepsverzekering, POZ) is er altijd een eindtaxatie van toepassing. Of de premie al dan niet fiscaal in mindering werd gebracht, is daarbij niet van belang. De eindtaxatie van een contract VAPZ verloopt via de fictieve rente.

Verwar dit niet met contracten voor langetermijnsparen en pensioensparen. Daarbij wordt er geen eindtaxatie toegepast als de verzekeringsnemer een attest van de fiscus kan voorleggen dat geen enkele premie fiscaal in mindering werd gebracht.

Ref.: Artikel 34 §1, 2°bis WIB 92 (belastbaarheid VAPZ-kapitaal) en artikel 169 §1, 2° a) WIB 92.